Tekst Tineke Zwart, persvoorlichter parket Oost-Nederland
Er waait een frisse wind door de zittingzaal van de Zutphense rechtbank, veroorzaakt door de vele twintigers op de publieke tribune. Fris gedoucht, netjes gekapt en dressed for the occasion. Op het programma staat een strafzaak over een overval op een pizzeria. Een levensles over impulsiviteit en kansen pakken op het juiste moment, over spijt en snitchen.
Impulsiviteit speelde de 19-jarige verdachte parten, toen hij op een regenachtige dag het voorstel kreeg om mee te doen met een overval op een pizzeria. Vanwege zijn imponerende lengte zou hij genoeg indruk maken op de medewerkers, was het idee. Geldnood doet de slungel besluiten om op zijn scooter door de Achterhoek naar het beoogde doelwit van de overval te reizen. Anderhalf uur, door de regen, brengt hem niet tot bezinning. Een regenpak is ook een goede vermomming.
Spijt kreeg hij meteen, toen hij het wapen op de medewerkers in de pizzeria richtte en de angst in hun ogen zag. De kassalade werd mee gegrist, het muntgeld viel rinkelend op straat, hij sloeg met het alarmpistool op de kassalade waardoor er een losse flodder afging. Hij verdeelde de buit van een paar tientjes met zijn partner in crime, die doodgemoedereerd naar huis fietste. Hij volgde op zijn scooter de borden terug, anderhalf uur door de regen.
'De verdachte volhardt in een kansloos verhaal, waarin zijn advocaat wordt meegezogen'
Snitchen doet hij niet. Of de 20-jarige die naast hem in het verdachtenbankje zit ook echt de medeverdachte is, daarover komt geen woord over zijn lippen. Deze verdachte ontkent in alle toonaarden. Zijn advocaat ruikt kansen. Misschien wil de 19-jarige wel onder ede verklaren dat zijn cliënt niets met de overval te maken heeft. Dat hij die avond daadwerkelijk thuis was, bezig om zijn koffers te pakken voor een vakantie met zijn zwangere vriendin en schoonouders. De 19-jarige wil niet snitchen, maar ook niet vrijpleiten. Ook onder ede komt er geen antwoord op de vraag of de 20-jarige zijn partner in crime was.
Alles wijst wel in die richting. De telefoon gesprekken, zendmastgegevens, getuigenverklaringen en vooral de tattoo op zijn linkerhand, die op camerabeelden te zien is. Maar de verdachte volhardt in een kansloos verhaal, waarin zijn advocaat wordt meegezogen.
De kansen om het leven ten goede te laten keren komen ter sprake. De ontkennende verdacht laat zijn masker vallen. Er komt een trotse jonge vader tevoorschijn, die zijn verantwoordelijkheid neemt. Niet meer blowen, maar 40 uur buffelen bij een schoonmaakbedrijf. Ook de 19-jarige wil stappen blijven zetten op het rechte pad. Vanuit zijn begeleide woonvorm is hij in opleiding tot timmerman. Met twee bijbanen probeert hij zijn schulden weg te poetsen. Voor zijn impulsiviteit is hij in behandeling.
De goede weg is ingeslagen, maar het is nog pril, zegt de officier van justitie. Ze wijst op de jonge medewerkers van de pizzeria op de publieke tribune. Die hard werken om een centje bij te verdienen, en ineens geconfronteerd werden met twee leeftijdsgenoten die dachten snel geld te kunnen verdienen.
Over die schrijnende tegenstelling moeten de verdachten nog maar eens goed nadenken en daarvoor minimaal een jaar terug naar de cel, vindt de officier van justitie. Dat vindt de rechtbank ook. Maar de rechtbank beloont de kansen die het tweetal net op tijd heeft gepakt en matigt de tijd die het tweetal nog moet zitten: zo’n zes maanden geen afhaalpizza.