Tekst Morena Lam
Foto Loes Spruijt-van der Meer

Parket CVOM blikt terug op twee jaar coronacrisis

De coronapandemie lijkt, na twee jaar lang onze maatschappij gedomineerd te hebben, eindelijk op haar retour te zijn. Echter, het parket Centrale Verwerking Openbaar Ministerie zit er nog middenin. Opportuun blikt met senior kwaliteitsofficier van justitie Achilles Damen en toenmalig hoofd van de afdeling Straf en Beoordeling Eva Kwakman, terug op de coronacrisis en hoe parket CVOM zich van zijn nieuwe taak kweet.

Achilles Damen (links) en Eva Kwakman

Honderdduizenden lichte zaken per jaar

Het parket Centrale Verwerking Openbaar Ministerie (CVOM) is het jongste en tevens het grootste OM-onderdeel. Parket CVOM houdt zich bezig met beroepen in Mulderzaken en met de verwerking van lichte strafzaken en is, in tegenstelling tot bijvoorbeeld arrondissementsparketten, voor het hele land werkzaam. Omdat het parket lichte strafbare feiten, met name overtredingen, behandelt, kun je als burger vrij snel met de CVOM in aanraking komen, bijvoorbeeld als je te hard rijdt of wildplast. Met zo’n vijfhonderd medewerkers doet dit OM-onderdeel honderdduizenden van deze zaken per jaar af. In 2020, toen de coronapandemie ons land bereikte, kreeg parket CVOM het nog een stuk drukker. Alle coronazaken tegen individuele burgers, zoals de anderhalvemeternorm en de avondklok, die gepaard gingen met nieuwe tijdelijke wetten en regelgevingen, werden bij dit parket ondergebracht. Dit zorgde in een tijd die van zichzelf al chaotisch was, voor een vrij grote hectiek.

Alsof de ironie er mee speelt heeft één van de geïnterviewden corona op het moment dat het interview plaatsvindt, waardoor we ons gesprek via een videoverbinding moeten voeren. Tijdens de coronacrisis zijn we vertrouwd geraakt met deze vorm van communicatie, maar toch voelt het, nu de maatschappij weer open is, een beetje onwennig. Dit thuiswerken was voor parket CVOM niet eens de grootste uitdaging van de coronatijd. Dit blijkt als Achilles Damen en Eva Kwakman verslag doen van de van de norm afwijkende en steeds veranderende situaties waar hun OM-onderdeel tijdens de pandemie mee te maken had.

Een duik in de gereedschapskist

Op zondagmiddag gaat Achilles Damen geregeld een stuk wandelen met zijn vrouw. Gedurende deze wandeling pauzeren ze voor een kopje koffie bij een boscafé op hun route. Tijdens één van deze koffiepauzes, op die bewuste zondagmiddag in maart 2020 dat de horeca voor het eerst vanwege corona moet sluiten, wordt hij gebeld.
“Ik kreeg te horen dat ik nog twintig minuten had, dan moesten we aan de bak,” vertelt Damen.

Dat telefoontje was het startsein voor een periode van flinke beroering binnen parket CVOM. Met de komst van zo veel nieuwe coronamaatregelen die gehandhaafd moesten worden, ontstond er vanwege de uitzonderlijke situatie aan de kant van de handhavers een behoefte aan structuur. Er bestond ten slotte geen feitcode voor het overtreden van coronaregels, dus het was voor de handhavers en beoordelaars ook niet duidelijk op basis waarvan de coronagerelateerde zaken geverbaliseerd moesten worden. “Dus dat was het eerste wat ik die zondagavond deed, collega’s bellen om te bespreken hoe we dit gingen aanpakken.”

Damen: “We stonden onder hoge tijdsdruk en dus besloten we te kijken in de gereedschapskist van alle bestaande systemen – dus van JustID, CJIB, OM en politie – wat we zouden kunnen gebruiken om zaken met betrekking tot de coronamaatregelen toch te kunnen beoordelen. Zodoende stuitten we op de algemene feitcode voor het overtreden van een noodverordening. Een noodverordening is een soort noodwet die wordt afgekondigd door de burgermeester. Er werd bijvoorbeeld ook zo’n noodverordening van kracht tijdens de overstroming in Valkenburg. Om ramptoerisme te beperken mocht je je niet zonder reden in Valkenburg bevinden. Als men zich niet aan deze noodverordening houdt, ben je strafbaar. De feitcode hiervoor was vrij algemeen geformuleerd en dus konden we deze inzetten, zodat verbalisanten op basis daarvan coronadelicten konden registreren.” Deze corona-noodverordeningen werden in de 26 veiligheidsregio’s van ons land apart van elkaar afgekondigd en uitgevaardigd, maar dit werd gelukkig wel landelijk gecoördineerd, zodat er niet te veel verschillen waren tussen de regio’s. “Toch was dit iets wat bij de beoordeling van zaken voortdurend in de gaten moest worden gehouden.”

‘Het bouwen van een feitcode en die implementeren in de systemen kost enkele weken, tijd die we niet hadden’

Nu Damen en zijn collega’s op die manier de eerste stap hadden gezet, diende de volgende uitdaging zich aan.
“In die noodverordeningen stond niet slechts één regel, zoals bij Valkenburg, maar deze bestonden uit tal van regels die ook steeds veranderden,” vertelt Damen. “Eerst hadden we het idee om voor iedere maatregel een nieuwe feitcode te bouwen. Maar het bouwen van een feitcode en die implementeren in de systemen kost enkele weken, tijd die we niet hadden. Bovendien begonnen die regels op een gegeven moment zo snel te wijzigen dat wij het niet meer konden bijbenen in de besluitvorming en al helemaal niet in de systemen. Daarom zijn we steeds blijven werken met die algemene feitcode, waarbij de verbalisant handmatig moest invullen met welke subnorm de overtreding te maken had. Was het een overtreding van de anderhalvemeterregel, het negeren van de mondkapjesplicht…”

De (avond)klok tikt door

Terwijl parket CVOM worstelt met deze juridische kwestie, stapelen de coronazaken zich op.
“We doen zo’n 400.000 strafzaken per jaar af, maar in coronatijd zijn daar nog eens 180.000 zaken bovenop gekomen,” vertelt Eva Kwakman. “We hadden daar veel extra mensen voor nodig, en die hadden we niet meteen. Omdat we het nodig vonden om direct op overtredingen van de coronamaatregelen te reageren, moesten we andere zaken langer laten liggen. Bovendien hadden we te maken met een compleet nieuwe zaakstroom, wat ons nog meer werk gaf. We hebben beoordelaars namelijk voor iedere feitcode opgeleid, zodat ze precies weten waar ze in de beoordeling van zaken op moeten letten. Voor deze nieuwe zaakstroom moesten er dus ook mensen worden opgeleid. Het feit dat we allemaal ineens thuis moesten werken hielp daar niet bepaald bij. De ‘klasjes’ waarin we beoordelaars opleiden waren toentertijd digitaal nog niet goed geregeld. Zo hadden bijvoorbeeld veel mensen nog geen eigen werktelefoon.”

Feitcode

Een feitcode is een code die wordt gekoppeld aan een strafbaar feit, wat helpt bij het handhaven van een bepaalde gedraging. Hierdoor zijn deze zaken makkelijker te verwerken in de systemen van de opsporing, het CJIB en het OM. Als een verbalisant, een politieagent bijvoorbeeld, deze code invoert, staan de noodzakelijke onderdelen van het proces-verbaal bij veel feiten al grotendeels in beeld, wat tijd scheelt. Door de standaardisering en structuur die een feitcode brengt, omdat meerdere systemen in de strafrechtketen hiervan gebruik maken, kunnen grote aantallen zaken snel worden afgehandeld.

Bij parket CVOM starten ook de trainees. Er was net een wervingsronde geweest waar ruim tweehonderd mensen hadden gesolliciteerd op één van de twaalf plekken. Onder de afvallers konden bijna veertig geïnteresseerden worden geworven, die als beoordelaar aan de slag konden om de zaken die waren blijven liggen, af te handelen.
Kwakman: “Maar ja, toen ging in januari 2021 de avondklok in en hadden we te maken met een hele vloedgolf aan nieuwe zaken. Dus in plaats van dat onze kersverse medewerkers zich met onze achterstanden bezighielden, werden ze op de avondklok gezet. Op zich kwam dit ook wel goed uit, want op die manier konden we ze op dat gebied goed inwerken en hebben ze in hoog tempo ontzettend veel avondklokzaken beoordeeld. Toen de avondklok er uiteindelijk weer af ging en ze zich met andere zaken konden bezighouden, waren ze goed ingewerkt en vertrouwd geraakt met onze systemen.”

‘We doen zo’n 400.000 strafzaken per jaar af, maar in coronatijd zijn daar nog eens 180.000 zaken bovenop gekomen’

De feitcode gekraakt

Ondertussen werken de verbalisanten nog steeds met diezelfde feitcode. Damen vertelt:
“Het steeds handmatig invullen van het proces-verbaal kost tijd, maar gelukkig konden we dit ondersteunen met een, ik zeg het nu even oneerbiedig, invuloefening. Je kunt verschillende scenario’s in het systeem zetten, waarbij de verbalisant dan degene aanklikt die van toepassing is. Die noemen we de opties en variabelen. Door middel van het implementeren van die scenario’s werd het wat eenvoudiger.”
“Dit vroeg wel om een hoop flexibiliteit, terwijl we intussen in afwachting waren van de landelijke noodwet Corona en niet duidelijk was wanneer die precies in zou gaan,” voegt Kwakman hieraan toe. “En omdat de regels en noodverordeningen steeds veranderden moesten we ook het beoordelingskader steeds aanpassen en aanvullen.”
Damen: “Dat aanpassen deden we in nauwe samenwerking met de Nationale Staf Grootschalig en Bijzonder Optreden (NSGBO) van de politie, een werksysteem dat wordt ingericht als er sprake is van een bijzondere situatie. Door middel van deze samenwerking konden we snel inspringen als de coronaregels weer veranderden. Ook moesten we goed blijven communiceren naar andere OM-onderdelen. Het was belangrijk dat beleidsmedewerkers van andere parketten ook goed op de hoogte bleven van de veranderingen. Daarom is er ook een speciale landelijke werkgroep in het leven geroepen.”

En het blijft niet bij bovengenoemde uitdagingen. Gedurende de eerste zes maanden van de coronacrisis gingen alle kantonzittingen niet door. Dat zijn zo’n zevenhonderd zittingen die uitgestuurd waren en weer ingetrokken moesten worden.
“Naast al het andere waren we dus ook druk met het keer op keer doorgeven aan verdachten dat hun zitting werd verplaatst. Toen zijn we ook begonnen met het telefonisch horen van verdachten in strafbeschikkingszaken, wat compleet nieuw voor ons was,” vertelt Kwakman.
“Daarbij zaten we ook nog eens midden in een periode van structuurveranderingen binnen de CVOM. We willen de straf- en Mulderzaken beter gaan onderbrengen binnen de verschillende afdelingen van ons parket, en daar waren we net mee begonnen toen corona de boel overhoop gooide. En ten slotte zijn we in die periode voor het eerst gaan werken met BOSZ. Alles kwam tegelijkertijd op ons af. Als gevolg hiervan zijn we nu nog steeds bezig met het inhalen van de ontstane achterstanden. Gelukkig hebben we daar dit jaar wel opnieuw extra budget voor gekregen en zijn er weer nieuwe mensen geworven.”

Dus terwijl de rest van Nederland onbekommerd zonder mondkapje de trein in stapt en een concert bezoekt zonder QR-code op zak, besteedt parket CVOM vandaag de dag nog veel tijd aan zaken die in de coronatijd speelden.