Tekst Morena Lam
Foto Loes Spruijt-van der Meer

Het belang van oprecht sorry zeggen

Je moet het als slachtoffer maar durven: een gesprek aanknopen met degene die je huis in brand heeft gestoken, of je van je tas heeft beroofd. Toch blijken deze mediationgesprekken in veel gevallen dé manier om een strafzaak voor iedereen op een positieve manier af te wikkelen, vooral als er minderjarigen bij betrokken zijn. Jeugdofficier Bertine Schmeets en mediator Rozita van Schadewijk belichten het hoe en waarom van mediation.

Een jongeman die na een straatroof nauwelijks nog de deur uit durft, hervindt zijn zelfvertrouwen wanneer hij met degenen die hem beroofden in gesprek gaat. Een stalker, die door een gesprek met zijn slachtoffer inziet wat hij heeft aangericht en aan zichzelf wil gaan werken. Dit zijn enkele voorbeelden van wat mediation bij in dit geval minderjarigen heeft bewerkstelligd. “Het is geen vervanging van de potentiële straf die de rechter oplegt, maar het kan wel een enorme toevoeging zijn voor zowel slachtoffer als verdachte,” aldus Bertine Schmeets,  jeugdofficier van parket Oost-Brabant. Haar parket was het eerste dat startte met een pilot, waarbij bijna alle haalbare strafzaken waar minderjarigen bij betrokken zijn worden doorverwezen naar mediation. Sinds april dit jaar is dit landelijk standaard beleid geworden.

Mediator Rozita van Schadewijk, ook werkzaam als gezondheidszorgpsycholoog en één van de MFNgecertificeerde mediators uit de landelijke poule van strafrechtmediators, die net als Schmeets nauw betrokken was bij deze pilot, is hier blij mee. Zij en Schmeets kennen elkaar goed. “Hoewel de officier normaliter alleen overlegt met het mediationbureau, zitten we sinds kort op mijn verzoek geregeld samen rond de tafel, want het is nuttig om elkaars perspectief te leren kennen.” Ze begeleidt veel verschillende soorten mediationgesprekken, maar strafzaken vindt ze het leukst. “Die zaken blijven je vaak toch het meest bij en je kunt in korte tijd zo veel herstellen.”

Bertine Schmeets,  jeugdofficier bij parket Oost-Brabant
Rozita van Schadewijk, mediator

'Maar mediation is niet het eerste waaraan veel officieren denken'

'Het mooie is dat je dingen vaak binnen een ochtend kan oplossen'

Wat is mediation?

In een strafzaak waarover de officier van justitie of de rechter nog een beslissing moet nemen, kan mediation worden ingezet. Het doel van mediation is om te komen tot herstel: emotioneel, materieel of financieel. Het kan ook helpen zijn bij de verwerking van het incident. Welke vorm van herstel nodig en mogelijk is, hangt af van de specifieke zaak. Verwijzer is de officier van justitie of rechter, maar een advocaat, onderzoeker van de Raad voor de Kinderbescherming, reclasseringsmedewerker of andere (keten)partner, kan via het mediationbureau van de rechtbank laten onderzoeken of een strafzaak naar mediation kan worden verwezen. Mediation is mogelijk in alle soorten zaken, met jeugdige verdachten en slachtoffers of in zaken met volwassenen. Een mediationgesprek vindt plaats in de rechtbank. Onder begeleiding van twee mediators en de ouders van de minderjarigen worden verdachten en slachtoffers, mits ze aangegeven hebben dit gesprek aan te willen gaan, samengebracht om over het incident te praten. “Elke mediation is uniek, zelfs als de delicten op elkaar lijken,” aldus Van Schadewijk. “De situatie kan steeds enorm verschillen. Je krijgt als mediator enkele stukken uit de strafzaak, maar ik probeer me daar nooit te veel door te laten leiden. Als mediator moet je niet veroordelen, maar open en nieuwsgierig blijven. Ik wil geen beeld vormen van een verdachte zonder deze eerst gezien en gesproken te hebben. Als mediator neem je een neutrale en onafhankelijke positie in. Ik merk dat het de betrokkenen geruststelt als ik ze dit vertel en dan zijn ze geneigd om mij meer te vertellen dan tijdens een verhoor of in de rechtszaal.”

Mediation is geen vervanging voor de straf die de rechter oplegt, maar wel een aanvulling voor de zaak. Officier van justitie Schmeets: “Je ziet vaak dat bij strafzaken met minderjarigen, de slachtoffers ook minderjarig zijn. Het zijn bekenden van elkaar, ze zitten bij elkaar op school of wonen bij elkaar in de buurt. Mediation kan een belangrijk middel zijn om gezamenlijk te bekijken hoe je na het incident weer met elkaar omgaat. Groet je elkaar nog als je elkaar op straat tegenkomt of negeer je de ander? De straf die de rechter oplegt alleen is dan niet afdoende. Beide partijen blijven na de uitspraak wellicht met vragen en onzekerheid zitten die mediation kan wegnemen.”

Barrières

Hoewel mediation de uitspraak van de rechter, of de afdoeningsbeslissing van de ovj in niet-dagvaardzaken, niet vervangt, kunnen de uitkomsten van een mediationgesprek wel meewegen bij de strafeis. De officier van justitie krijgt na het gesprek een door partijen ondertekende slotovereenkomst waarin het gesprek, de daarbij aanwezige emoties en de uitkomsten en afspraken beschreven staan, maar het gaat hierin zeker niet alleen om de straf die het slachtoffer wil, of die de verdachte misschien juist wil verlagen. Het doel van mediation is herstel. Van Schadewijk: “Het mooie van mediation bij jeugdzaken is dat je veel dingen vaak binnen een ochtend kan oplossen. Je kunt elkaar weer in de ogen kijken, alles wat de betrokkenen dwarszit kan worden uitgesproken, misverstanden worden uit de weg geruimd en excuses kunnen worden gemaakt. Dit heeft een positieve impact op zowel verdachte als slachtoffer.”

“Maar mediation is niet het eerste waaraan veel officieren denken,” merkt Schmeets op. “Het voelt vaak toch als een grote stap om een zaak aan te dragen voor mediation. Vooral bij heftigere zaken die voor de meervoudige kamer verschijnen wordt hier vaak niet aan gedacht. Of soms wordt huiverig gereageerd: men is bang dat zo’n zaak sneller geseponeerd gaat worden. Maar dat is nu juist niet het doel van mediation. De zittingen worden gewoon ingepland en de mediation komt er ergens tussendoor en heeft als doel om verdachte en slachtoffer nader tot  elkaar te laten komen, om vragen te kunnen stellen en beantwoorden en om afspraken te kunnen maken waardoor ze allemaal sneller weer hun leven kunnen oppakken.”

Bij de eerder genoemde pilot waar parket Oost-Brabant mee experimenteerde, werden in principe alle bewijsbare strafzaken met minderjarigen aangemeld voor mediation. Enkele uitzonderingen waren: als de verdachten gebruikmaken van hun zwijgrecht of volledig ontkennen, winkeldiefstallen bij grote winkelketens, bij snelrecht of als er gekozen wordt voor bureau Halt, of bij zaken waarin alleen materiële schade is. Nu de pilot ten einde is wordt deze werkwijze nog steeds aangemoedigd. Van 1 december 2022 tot en met 9 september 2023 zijn er landelijk 236 mediationzaken met jeugdigen afgehandeld, waarvan het slagingspercentage negentig procent was (een mediation is geslaagd wanneer er afspraken zijn gemaakt waarover alle partijen tevreden zijn). Dit stemt hoopvol en dus ziet zowel Schmeets als Van Schadewijk graag dat deze trend voortgezet wordt. Schmeets: “Hier hebben we de politie echt bij nodig. Als tijdens het eerste verhoor al wordt gekeken of de verdachte openstaat voor een gesprek met het slachtoffer kan de zaak vroeg in het proces worden aangemeld.” Dat aanmelden gebeurt bij het mediationbureau van de rechtbank, die de zaak vervolgens beoordeelt om te kijken of mediation zin heeft en of het delict zich hiervoor leent.

Hoog oplopende emoties

De impact die mediation kan hebben illustreert Schmeets aan de hand van een recente zaak, waarbij een jongen die slachtoffer was geworden van een hardhandige straatroof, met de twee verdachten om de tafel ging. Voor dit gesprek plaatsvond was hij bang en gesloten, niet alleen beroofd van spullen, maar ook van zijn zelfvertrouwen. De mediation bracht hier verandering in, en dat gold niet alleen voor hem. De minderjarige verdachten werden er ook van doordrongen wat ze teweeg hadden gebracht en boden hun oprechte excuses aan. Aan het eind omhelsden verdachten en slachtoffer elkaar zelfs. “En dat zie je vaker. Er wordt geknuffeld of ze spreken af om eens een pilsje te pakken. Een effect dat bij een rechtszitting vaak ver te zoeken is. Niet om afbreuk te doen aan het werk van de rechter, maar dit soort afwikkelingen kan op een heel ander niveau voldoening geven. Het belang van oprecht sorry zeggen moet niet onderschat worden,” stelt Schmeets.

Er is geregeld sprake van hoog oplopende emoties bij mediations met minderjarigen. Dat is volgens Van Schadewijk het grootste verschil met zaken waar enkel volwassenen bij betrokken zijn. “Een ander verschil is dat bij zaken met minderjarigen, de ouders altijd aanwezig zijn. Die hebben in het gesprek een bepalende rol. Ze kunnen ondersteunend zijn, of juist heel kwaad.”

Schmeets: “Datzelfde geldt voor ouders in de zittingszaal. Soms zijn ze een toevoeging, maar soms zijn ze een storende factor en wordt hen gevraagd de zittingszaal te verlaten.”

Tijdens zo’n mediation komt vaak aan het licht dat een verdachte de uitkomst niet zo had gewild. Van Schadewijk: “Zo was er een oudere vrouw die een meisje had aangereden. Met dat meisje was daarvoor nog niets aan de hand, maar bij aanvang van de mediation kwam ze binnen in een rolstoel als gevolg van het ongeval. Dat wisten wij eerst ook niet en ook voor de verdachte was het een schok. Maar hierdoor nam de mediation een andere wending. Toen de vrouw verslagen opmerkte dat ze het leven van het jonge meisje had verpest, ontkende het slachtoffer dat. Ze ging nu op rolstoelbasketbal en deed vrijwilligerswerk. De ouders waren hierin heel positief en steunend, vertelden hoe goed ze het allemaal oppakte. Zo zie je maar, je weet nooit wat er tijdens een mediation kan gebeuren.”

Een onfortuinlijke prank call

Een tijd geleden kwam er bij een supermarkt een belletje binnen dat er ‘een bloedbad’ zou komen in de winkel. De medewerker die het telefoontje aannam stapte meteen naar de bedrijfsleider. De supermarkt werd ontruimd en de politie werd erbij gehaald, die de beller wist op te sporen. Dit bleken twee jongens van rond de dertien jaar te zijn. Zij hadden een zogeheten ‘prank call’ uitgehaald. Wat als een grapje was bedoeld draaide uit op een fiasco. De schade voor de supermarkt was groot vanwege de ontruiming die na het telefoontje noodzakelijk werd geacht. Ook de moeders van de grappenmakers ondervonden de gevolgen: zij durfden niet meer in deze supermarkt hun boodschappen te doen. Schmeets: “Dus hebben we de jongens, hun ouders en de bedrijfsleider samengebracht voor mediation. Ook de geschrokken medewerker die het telefoontje had aangenomen, was erbij. Er zijn toen goede afspraken gemaakt, waarbij de jongens doordrongen werden van de gevolgen van hun grap en de moeders konden weer met een gerust hart boodschappen doen. De medewerker was tegelijkertijd gerustgesteld dat het niet om een terroristische organisatie ging.”

Het heeft wel degelijk zin om bij zaken met veel materiële schade, zoals bij brandstichting, mediation in te schakelen. In bovenstaand geval draaide het gesprek niet om de materiële schade, maar soms gebeurt dit wel, wat de zitting kan vergemakkelijken, omdat de rechter daar niet meer over hoeft te oordelen. Maar de focus ligt op herstel en het tot elkaar komen.

“Mediation wordt in sommige gevallen niet doorgezet, omdat partijen of de ouders het niet willen. Ik vind dat jammer, want er is door professionals goed gekeken of de zaak geschikt is voor mediation,” vertelt Van Schadewijk. “Bovendien wordt het gesprek zorgvuldig voorbereid, om het voor beide partijen zo aangenaam mogelijk te laten verlopen. Een jongen met een licht verstandelijke beperking mocht bijvoorbeeld zijn moeder en begeleider meebrengen. Op deze manier komt het zelden voor dat een mediation op niets uitdraait, want profielen van verdachten en slachtoffers worden grondig onder de loep genomen.” Schmeets haakt hierop in: “Dus mocht je twijfelen of een bepaalde zaak geschikt is voor mediation, dan kun je altijd contact opnemen met het mediationbureau van de rechtbank. Zij denken graag mee. Je kunt beter een zaak te veel aandragen, dan een mooie kans laten liggen.”

ACHTERGRONDINFORMATIE OVER HET PROCES

Vaak heeft de verwijzer de mogelijkheid van deelname aan mediation eerst met verdachte en slachtoffer besproken of is door de politie of slachtofferhulp de mogelijkheid van mediation al geopperd voordat deze bij het mediationbureau wordt aangemeld. Toch onderzoekt het mediationbureau altijd ook nog zelf of verdachte en slachtoffer het mediationaanbod willen accepteren. Als alle partijen akkoord zijn en de mediation kan starten, voeren de mediators eerst een intakegesprek met de betrokkenen, afzonderlijk van elkaar.

De mediation duurt vanaf het moment van aanmelden tot het bericht van beëindiging, maximaal zes weken. De mediationgesprekken zelf nemen meestal twee dagdelen in beslag. Het mediationbureau bewaakt de termijn, in ieder geval als er een zittingsdatum of andere beslisdatum bekend is. Wat er tijdens een mediationgesprek besproken wordt, is strikt geheim en dus wordt het gesprek niet opgenomen. Alleen de slotovereenkomst met de uitkomsten van het gesprek wordt, indien partijen dit samen afspreken, toegevoegd aan het strafdossier.

Voor verdachten en slachtoffers is mediation in de strafzaak gratis. De mediators krijgen per zaak een vaste vergoeding uitbetaald door het Ministerie van JenV.