Hoezo, toga’s zijn zwart en worden gedragen door rechterlijke ambtenaren van het OM? Die eeuwenoude gedachte moet maar eens genuanceerd worden, vinden ze bij parket Noord-Nederland.
In 1969 steken The Beatles, keurig via het zebrapad, Abbey Road over. Een foto van de Fab Four siert hun gelijknamige studioalbum Abbey Road. Vijfenvijftig jaar later doen de parketleiding en de bestuurssecretaris van arrondissement Noord-Nederland de oversteek eens dunnetjes over. Gekleed in toga’s met knallende kleuren. Ook de directeur bedrijfsvoering en de bestuurssecretaris. Deels is het speelsheid, zegt hoofdofficier Diederik Greive. De eerste man van het OM in Groningen mag graag buiten de lijntjes kleuren. Er mag, nee, het is nodig dat er op het parket gelachen wordt. “Zeker om die eigenzinnige hoofdofficier!”
Een beetje provoceren kan ook. Want ai ai ai, zo maar ingaan tegen de kledingvoorschriften voor officieren en AG’s?
De gekleurde toga’s zijn even serieus als speels bedoeld. Ze dragen bij aan waardevolle discussies over diversiteit en inclusiviteit. Zulke discussies zijn niet makkelijk, weet de hoofdofficier. Zo worden op parketten OM’ers vaak ingedeeld in twee smaken: de togadragers en de niet-togadragers. Termen die Greive jeuk bezorgen. “Een belachelijk onderscheid, toch? Daarmee wordt een grote groep mensen omschreven als iets wat ze níet zijn.”
De toga, zegt de hoofdofficier, is het symbool voor álle OM’ers. En de gekleurde toga’s staan voor de pluriformiteit die je bij OM’ers ervaart. Iedereen op het parket kan ze aantrekken en plots krijg je mooie gesprekken, tussen mensen die een lach op hun gezicht hebben. “Vaak hadden discussies over verschillen scherpe randjes. Dat hoort erbij en ongemak hierover moet je zeker niet uit de weg gaan.” Volgens Greive is het wel verstandig “een hokjesgeest en gedoe rond identiteit te voorkomen. Geforceerde inclusie kan exclusie veroorzaken. Bovendien kunnen discussies over diversiteit en inclusiviteit beleefd worden als moralistisch: neem je een afwijkend standpunt in, dan zit je fout.”
Met de gekleurde toga’s, zegt de hoofdofficier, maak je op een plezierige manier gebruik van verschillen. “Het gaat erom dat iedereen die kwaliteiten en levenservaringen heeft daar binnen het OM wat mee kan doen, zonder dat je in een hokje wordt geplaatst, tegen een opgeheven vingertje aankijkt of omschreven wordt als iemand die iets niet is, niet kan of niet heeft. Als mensen zijn we gelijkwaardig, als mens verschillen we van elkaar. Laten we die verschillen koesteren en gebruiken!”