Tekst Mariël van Dam
Foto Loes van der Meer

De snelheidszaak van assistent-officier Veronique Jorna

Een rijschoolhouder staat terecht omdat hij 194 km per uur reed, op een weg waar hij 100 mocht. Een van de zaken die recent werd uitgezonden in het RTL5-programma ‘Voor de rechter’. Assistent-officier van justitie Veronique Jorna treft een verdachte die vindt dat hij met zijn snelheid zelfs levens gered heeft.

Opleidingsparket

Veronique Jorna (28) werkt voor Parket CVOM, het landelijke verkeersparket van het Openbaar Ministerie. Het parket behandelt onder meer verkeerszaken voor rijden onder invloed, te hard rijden, en rijden zonder geldig rijbewijs. Daarnaast is Parket CVOM ook het opleidingsparket voor het Openbaar Ministerie.

Veronique Jorna is ruim drie jaar geleden begonnen bij het Virtueel Parket, de voorloper van de opleidingsomgeving voor trainees bij Parket CVOM. Vervolgens heeft ze de opleiding tot assistent-officier van justitie gevolgd bij de SSR. De opleiders van Parket CVOM zijn daarbij nauw betrokken om kandidaten voor te bereiden op het zittingsvaardigheidsbewijs. Hierna volgt een  intern opleidingsprogramma. Assistent-officieren starten met de OM-hoorzittingen, daarna staan ze op politierechterzittingen en als laatste de kantonzittingen. Het zwaartepunt ligt bij verkeerszaken, maar de politierechterzittingen worden na verloop van tijd ook afgewisseld met commune politierechterzittingen. Op deze wijze blijft het palet aan zittingen divers en wordt verdere ontwikkeling gestimuleerd. Na deze opleiding kunnen de assistenten doorstromen naar de andere parketten bij het Openbaar Ministerie.

Een zomerse avond op 27 juli 2017, kwart voor 10 ’s avonds. Het begint al te schemeren als de toen 54-jarige bestuurder van de zwarte Mercedes naar huis rijdt. De man kent de weg goed, de N50 tussen Zwolle en Emmeloord. Een weg die bekend staat om de vele verkeersongevallen die er zijn gebeurd. En ook de bestuurder van de Mercedes heeft er eerder een nichtje verloren bij een frontale botsing.

Een witte Audi rijdt hem met hoge snelheid en knipperende lampen tegemoet. De 54-jarige bestuurder van de Mercedes ergert zich zichtbaar, trapt het gaspedaal van zijn eigen auto flink in om nog net even de auto voor hem te kunnen inhalen. Als hij deze auto voorbij is geeft de teller 200 km per uur aan. Verdekt in de berm staat de radarapparatuur van de politie opgesteld.

Boos

‘Absurde snelheid, hier ga ik niet mee akkoord’ en ‘Pak boeven in snelle Audi’s en laat mij een stil en gerust leven leiden, zie 1 Timotheüs vers 1 en 2’. Wanneer assistent-officier van justitie Veronique Jorna de zaak voor de kantonzitting voorbereidt is het haar al snel duidelijk; deze verdachte is ontzettend boos. Hij heeft twee brieven met bezwaren geschreven en vier formulieren opgestuurd om zijn ongenoegen te uiten.

Als Veronique Jorna het dossier verder doorzoekt valt ze van de ene verbazing in de andere; meneer is rij-instructeur, en in 2015 heeft hij ook al eens een forse snelheidsovertreding gemaakt, hij reed toen 136 waar 80 was toegestaan. Eigenlijk had hij toen al zijn rijbewijs kwijt moeten zijn, maar omdat meneer het rijbewijs nodig had voor zijn broodwinning kreeg hij van de rechter een boete van €500. “Weer iemand die zich zelf overschat”, denkt de 28-jarige assistent-officier tijdens het doorlezen van de stukken. “Hij vindt dat hij goed kan rijden maar met deze snelheid kan je bijna niet meer ingrijpen als het misgaat. En verdachte wist door deze vorige snelheidsovertreding wat er op het spel stond.”

Terugkijkend na afloop van de zaak voegt Jorna hier nog aan toe: “Mensen beseffen niet hoe gevaarlijk het kan zijn in het verkeer. Iedereen die in de auto stapt verwacht weer thuis te komen. Maar elk jaar komen meer dan 600 mensen niet meer thuis. Dat zijn 600 families en gezinnen die kapotgaan van verdriet. Bestuurders kunnen zoveel ellende voorkomen door zich aan de snelheid te houden, geen alcohol te drinken voordat ze gaan rijden en niet aan die telefoon te zitten achter het stuur.” En dat dan uitgerekend een rijschoolhouder – die nota bene zelf mensen moet opleiden tot verantwoordelijke weggebruikers – voor de tweede keer dit risico neemt en de verkeersregels aan zijn laars lapt, daar begrijpt ze helemaal niets van.

Camera’s

Als de assistent-officier op 11 april 2018 de zittingszaal van de kantonrechter in Zwolle binnen loopt, staan er drie camera’s opgesteld om de openbare behandeling van deze zitting te filmen. Zelf krijgt ze een grote microfoon voor zich. Het voelt allemaal nog wat onwennig. “Tijdens mijn opleiding krijg je ook cursussen hoe je moet omgaan met de media. Op dat moment dacht ik nog, dat is voor later, want dat gebeurt alleen tijdens zittingen voor de meervoudige kamer.  Maar toen ik de camera’s zag schoten die cursussen nog wel even door mijn hoofd.”

Er staan die ochtend 63 zaken op de rol. Allemaal zijn ze voorbereid, alleen is het iedere keer weer de vraag of een verdachte komt opdagen. En vandaag de vraag of deze mensen hun zaak voor de camera’s laten filmen. “Maar uit het dossier was al duidelijk hoe boos deze verdachte is, dus ik wist dat hij zeker zou komen opdagen.”

Rond een uur of half elf die ochtend wandelt de rijschoolhouder met veel bravoure de zittingszaal binnen. Het is een opvallende verschijning, een lange gezette man, in een zwart pak. Maar het meest valt zijn wandelstok op. Met kracht bonkt de stok bij iedere stap die hij zet op de vloer van de zittingszaal. En wanneer meneer dan buiten adem in de stoel ploft, heeft hij een houding van ‘Nou, vertel het me maar’.

300 km.

Rechter Koster begint met het voorlezen van de persoonlijke kenmerken en het verwijt dat gemaakt wordt. Maar veel tijd om uit te praten krijgt hij niet, de verdachte onderbreekt hem vrijwel meteen. “194 km gereden? Maak er maar 250 van, nee, maak er maar 300 km per uur.”  Met een luide stem maakt hij zijn ongenoegen kenbaar. Veronique gaat er eens goed voor zitten. ‘Hier valt geen land mee te bezeilen, die man neemt zichzelf niet echt serieus’, schiet er door haar heen.

Verbaasd kijkt de rechter in zijn papieren. “Ik zie hier toch echt staan dat de politie u heeft geflitst met 200 km. per uur, na correctie blijft daar nog een snelheid van 194 km. over.” Maar de rijschoolhouder gaat er recht tegen in, daarbij zichzelf regelmatig tegensprekend. “Mijn auto kan niet harder dan 150 km. Maar rijden is emotie, meneer de rechter, ik bepaal zelf wat veilig is. Ik zag voor mij een Audi met hoge snelheid mij tegemoetkomen, die knipperde met zijn lichten, waardoor ik mij opgejaagd voelde.  Ik besloot daarom maar snel de auto voor mij in te halen. Ik vind dat ik daar zelfs levens mee gered heb. Volgens mij ben ík niet geflitst, maar die auto die mij met hoge snelheid tegemoet reed.”

Hoofd buigen

Vanaf haar stoel bekijkt Jorna de verdachte. De man is overduidelijk boos, zwaait wild met zijn armen. Hij geeft daarbij aan dat hij teleurgesteld in het leven is, en nog eens extra omdat hij voor deze zaak voor de rechter moet verschijnen. Ze weet dan al dat het lastig wordt tot deze verdachte door te dringen. Tijdens haar requisitoir wordt hij toch even wat rustiger. Jorna benadrukt dat verdachte als rijschoolhouder beter moet weten. “U moet toch zelf weten hoe gevaarlijk deze weg is, uw nichtje is er nota bene bij een frontale botsing om het leven gekomen.” Op dat moment buigt de rijschoolhouder zijn hoofd en knikt instemmend. Maar dat is maar voor even, tot de assistent-officier haar eis heeft uitgesproken.

Werkstraf

De richtlijn van het Openbaar Ministerie schrijft bij deze snelheid een geldboete voor van €1750 en een rijontzegging van vier maanden. Maar omdat de verdachte tijdens de zitting aangeeft een hoge boete niet te kunnen betalen, besluit ze ter plekke de geldboete om te zetten naar een forse taakstraf. Een taakstraf van 100 uur en een onvoorwaardelijke rijontzegging van 4 maanden wordt haar eis. “Ik hield er al rekening mee dat meneer in discussie zou gaan. Dat hij als rijschoolhouder zijn rijbewijs nodig heeft om zijn brood mee te verdienen. Maar aangezien meneer op zitting nog steeds geen inzicht toonde in zijn gevaarlijke rijgedrag, en in het licht van het recidivegevaar, vond ik deze eis nog steeds volkomen terecht,” vertelt Jorna na afloop terugblikkend op de zaak.

Maar voor de verdachte is het een flinke schok. Nog voordat het requisitoir is afgerond komt hij al boos met zijn lichaam naar voren en praat door Jorna heen. Als hij uiteindelijk het woord van de rechter krijgt, wijst hij woedend naar de assistent-officier. “En dan zegt die jonge mevrouw zonder ervaring, want daar is ze nog te jong voor, dat ik vier maanden mijn vak niet mag uitoefenen. Ze wil dat ik een parasiet van de samenleving word. Een werkstraf doen, dan moet ik zeker gaan kleuren net als mijn vader…” In de rechtbank begrijpt niemand wat hij met dat kleuren bedoelt.

Stoïcijns blijft Jorna de rijschoolhouder aankijken. Inwendig twijfelt ze wel, als ze haar hoofd afwendt koelt hij misschien wat af. Maar aan de andere kant, dit is wel wat ze vindt, en het is het gevolg van zijn eigen gedrag.

Jonge uitstraling

De opmerking over ‘die jonge mevrouw zonder ervaring’ raakt haar niet. Tijdens haar opleiding heeft ze wel vaker gehoord dat ze een jonge uitstraling heeft: “Ik ben 28 jaar, en klein van stuk. Maar ik sta er namens de samenleving, en of ik nu jong ben of niet,  ik ben de officier.” Wel wordt ze door die opmerking pijnlijk herinnerd aan het verlies, inmiddels 10 jaar geleden. In twee weken tijd verloor ze een vriend en een kennis bij twee ernstige verkeersongevallen. “Het flitste meteen door mijn hoofd, ik ben dan wel jong maar helaas ook ervaren. Maar dat gaat de verdachte natuurlijk niet aan. Je houdt je professionele afstand,” blikt ze na afloop terug.

Voor de rechter (RTL5)

In het voorjaar van 2018 zijn verschillende politierechter- en kantonzittingen in Nederland gefilmd. Verdachten werden daarbij gevolgd van het begin van de zitting tot na de uitspraak. Het resultaat was negen afleveringen van  het RTL5-programma ‘Voor de rechter’. De zaak in dit artikel is uitgezonden in aflevering 7. Het programma ‘Voor de rechter’ was zo succesvol dat inmiddels al weer nieuwe opnames zijn gestart. Deze uitzendingen worden vanaf dinsdag 4 september om 20.30 uur uitgezonden.

Als kantonrechter Koster aan Jorna de gelegenheid geeft voor de tweede termijn, ziet ze daar van af. Ze heeft haar standpunt duidelijk gemaakt en voelt geen behoefte meer te reageren. Dan volgt meteen de uitspraak. “De officier mag dan wel jong zijn, maar ze heeft het wel bij het rechte eind. U reed echt veel te hard”, spreekt hij de verdachte vermanend toe. De rechter veroordeelt de verdachte tot een taakstraf van 50 uren en een rijontzegging van vier maanden, waarvan twee maanden voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar.

De houding van de rij-instructeur verandert meteen, van opstandige verdachte krijgt hij weer de onverschillige houding van het begin van de zitting. “50 uur werken? Mag ik dan ook gaan zitten? Ik ga liever twee maanden zitten.” Als de rechter hem die gelegenheid niet geeft, pakt meneer zijn wandelstok weer. Boos bonkt hij weer met de stok op de vloer als hij de zaal uitloopt. Er kan nog net een groet voor de rechter af. De assistent-officier gunt hij geen blik meer. Buiten de zittingszaal wachten de camera’s van RTL5 hem op voor een reactie.

Voor Veronique Jorna geen tijd om te rusten. De volgende zaak wordt al weer uitgeroepen door de bode.