Tekst Pieter Vermaas
Foto LFO, Politie

Over de opkomst van crystal meth, een cultuurverandering en nieuwe wetgeving

Nederland was al pillenproducent nummer 1 en daar kwam de opkomst van crystal meth nog eens bovenop. Toch groeit ook het nieuwe elan in opsporing en vervolging: muren gaan neer; strafrechtelijke onderzoeken worden beter gekozen; en op het gebied van effectieve wetgeving tegen chemicaliën is ons land op weg naar de kop. Opportuun sprak ‘syndru’- hoofdrolspelers van politie en OM.

Zo’n groot probleem. En dan toch zó veel onverschilligheid. Neeltje Keeris, sinds 2018 ‘themaofficier synthetische drugs en precursoren’ van het Landelijk Parket, kan er met haar hoofd niet bij. “In Nederland hebben we natuurlijk een gigantisch probleem wat betreft de productie van drugs. Kijk naar de cijfers over labs en opslaglocaties van chemicaliën: elk jaar wordt het meer. Ik zit natuurlijk ‘in een tunnel’, maar ik snap het echt niet. Zo veel opgerolde labs in boerenschuren en garages. Zo veel schade door dumping van drugsafval in het milieu – en dan toch weinig maatschappelijke reuring. Af en toe wordt iemand in zo’n lab dood aangetroffen. Liggen mensen ook niet heel erg wakker van.”

“Na elke klapper van politie en OM zien we de drugsmarkt bepaald niet instorten; dan moet het anders”

Uit de klauwen

Synthetische drugs. Waar een klein land groot in kan zijn. Nadat in de jaren tachtig xtc de wereld aan het veroveren was, groeide de verontwaardiging even mondiaal. Het moest maar eens uit zijn met al die in de Hollandse polder geproduceerde pillen. En Nederland, dat zich niet liet aanleunen een narcostaat te zijn, kwam in actie. De Unit Synthetische Drugs (USD) en Xtc-teams boekten behoorlijk succes.

Het leek aardig opgelost. Maar op succes volgt vaak verlies, zag Neeltje Keeris. “De politieke interesse daalde, de teams werden ontbonden en we keken de andere kant op. En als je er dan jaren later weer serieus naar durft te kijken, denk je: Holy moly, dit is erg. Het is uit de klauwen gelopen. Ook in de ontsleutelde EncroChat-gesprekken lees je veel over hoeveel mensen zich bezighouden met bijvoorbeeld crystal meth. Supermooi, die schat aan informatie. Maar het eerlijke verhaal is ook: dit is zo groot, hoe gaan we dit nog een beetje binnen de perken krijgen?”

Er wordt hard gewerkt en politie en OM kennen zeker hun successen en klappers. Iedere veroordeling is er een, en straalt uit hoe onwettig, ongezond en ondermijnend de productie is. Tegelijkertijd ziet Keeris na elke klapper dat er in de markt weinig verandert. “De drugsmarkt stort dan echt niet in. In het grotere geheel zijn dat ‘speldenprikken’, dus je zult dit anders moeten gaan aanpakken. Daarom ben ik blij dat ik onderzoeken doe en op zitting sta, én ook als themaofficier kan nadenken over strategie en visie. Dat is niet eenvoudig en ook niet zo sexy, maar goede wetgeving bijvoorbeeld is belangrijk.”

Daarover later meer.

“Die Mexicanen staan niet bekend om hun geweldloze aanpak, zeg maar”

Tienvoudige winst

Carlos Bertens, programmaleider Drugs van de Dienst Landelijke Recherche, is een man met een missie: crystal meth moet worden teruggedrongen. Met een powerpoint ‘Meth en Mexicanen’ trekt hij door het land. Hoe groot het probleem crystal meth is? Bertens twijfelt geen seconde: “Prioriteit nummer 1.” Want hij ziet nogal wat risico’s.

Allereerst: de productie ervan in Nederland neemt een enorme vlucht, weet Bertens. Ontmantelde de politie in 2019 nog negen labs, vorig jaar steeg de teller naar 32.

Die ontmantelingen leren dat ook de schaalgrootte van de labs groeit. Bertens: “Vanuit onder meer EncroChat-data weten we dat criminelen op grote schaal geïnteresseerd zijn in methamfetamine en daar de overstap naar willen maken. Grofweg kun je met crystal meth het tienvoudige verdienen van wat je met de meer traditionele synthetische drugs binnenhaalt. En omdat Nederland al groot is in de ‘syndru’ (productie, infrastructuur, logistiek), is overstappen naar crystal meth relatief gemakkelijk. Producenten gebruiken dezelfde hardware (ketels) en vrijwel dezelfde chemicaliën.”

Nog een risico: een grotere drugsproductie creëert mogelijk een groter gebruik, leert de ervaring. En crystal meth (ook bekend als methamfetamine, Ice, Tina, Turbo of Glass) bedreigt bij uitstek de gezondheid, zegt programmaleider Bertens. “Het is de meest destructieve en verslavende synthetische drugssoort op aard. Ons imago in het buitenland staat al onder druk als het gaat om onze drugsaanpak. Het beeld van Nederland als narcostaat ook op het vlak van Crystal Meth moeten we echt niet willen.”

Maar dan is Bertens nog niet klaar met de risico’s. In het productieproces worden chemicaliën zoals kwikchloride gebruikt die niet alleen schadelijk voor de volksgezondheid zijn, maar ook licht ontvlambaar. Brand en explosie liggen voortdurend op de loer. Om die reden is het ontmantelen van labs specialistenwerk. Getrainde politiemensen van de Landelijke Faciliteit Ontmantelen (LFO) gaan met gasmaskers en meetapparatuur naar binnen. En daarvóór effent een arrestatieteam, met beschermende kleding tegen kogels én chemicaliën, het pad.

En tot slot maakt de betrokkenheid van Mexicanen bij de productie het tot topprioriteit. Bertens vreest de inmenging van hen in de Nederlandse ‘markt’. “Nog even los van de het imago van kartels, staan Mexicanen niet bekend om hun geweldloze aanpak, zeg maar. Met Mexicaans geweld in Nederland valt het tot dusver mee, maar we moeten straks niet verrast worden.”

De Mexicanen lijken vooral vanwege hun kennis aanwezig te zijn bij Nederlandse crystal methlabs. Bij de chemische productie van methamfetamine uit BMK komt voor de helft een restproduct vrij met daarin nauwelijks werkzame stof. De Mexicanen beheersen de kunst om ook dat restproduct op te werken tot methamfetamine. Daarnaast zijn zij meesters in het kristalliseren van heldere methamfetamineolie tot kristallen. Hoe helderder de crystal meth, hoe beter de werking en hoe waardevoller de drugs.

Witte bestelbusjes

Om de criminaliteit te bestrijden wil Bertens intern meer verbinden. Binnen de Landelijke Recherche zagen ze dat met de komst van de ‘generale taakstelling’ het syndruspecialisme in de opsporing verwaterde. De reorganisatie zorgde bovendien voor ‘muurtjes’ tussen tactiek, informatie en specialistische diensten.

Tegenwoordig zijn er weer syndruteams. En in het Cluster Synthetische Drugs zitten ook mensen van de Douane, FIOD en OM. Want hoe goed de USD destijds ook was, het was ook een unit waarin het specialisme zich verengde, en die daardoor wat op zichzelf kwam te staan. Het Cluster Syndru wil zijn expertise juist uitdragen en verbinden.

Allereerst met de collega’s op straat, zegt Bertens. Als die een voertuig langs de kant zetten met een ketel erin, moeten ze het onderscheid kunnen maken: Klopt het verhaal van de bestuurder dat die een thuisbrouwerij wil beginnen, of is die ketel daar niet voor? Bertens: “Dan kunnen zij kijken op het politie-intranet of bellen met de materiedeskundigen van het Cluster Syndru en de LFO. Die laatsten herkennen gemodificeerde ketels die niet in de bonafide ketelwereld worden gebruikt. Zij herkennen andere soorten vulopeningen, een destilleerdeel, metertjes en ventielen die er later aangelast zijn – dan betreft het waarschijnlijk een syndruketel. Daarnaast is de context van belang. Stuit je om 4 uur ’s nachts op een wit bestelbusje zonder bedrijfsnaam, met daarin een ketel en ernaast jerrycans met allerlei chemicaliën? Dan moet je je even achter de oren krabben.”

“Criminelen werken al goed samen; daar kunnen wij als overheid nog een puntje aan zuigen”

Ondermijningskwadrant

Muurtjes neerhalen en de verbinding zoeken. Wat Carlos Bertens bij de politie doet, doet Daphne Blom in zekere zin bij het OM. Als interventiespecialist werkt ze voor het ‘ondermijningskwadrant’ Noord en Oost-Nederland, waarin de arrondissementsparketten Oost-Nederland en Noord-Nederland optrekken met het Landelijk Parket, het Functioneel Parket en het Ressortsparket. Ze zorgde ervoor dat Carlos Bertens zijn verhaal online hield voor tal van OM’ers uit het kwadrant. “Want methamfetamine springt er erg uit nu, merkte ik in gesprekken met alle parketten en politie. Het probleem speelt al lang niet meer alleen in het Zuiden. Het is een landelijk, grensoverschrijdend probleem geworden. En de link met die Mexicanen houden we ook in de gaten, al weten we nog niet precies hoe dat zit. Maar zij moeten hier geen voet aan de grond krijgen.”

Blom vervolgt. “Kijk, die criminelen werken al goed samen, daar kunnen wij bij de overheid nog wel een puntje aan zuigen. Wij moeten dus ook goed samenwerken en kennis en ervaring uitwisselen.

Heeft men in het Zuiden een virtualrealitybril ontwikkeld waarmee je in een lab kunt kijken? Dan kunnen andere regio’s daar ook hun voordeel mee doen. Het Zuiden heeft veel kennis op gebied van productieprocessen, ik denk dat wij op dit moment qua informatie goed in de netwerken zitten. Als je dat aan elkaar kunt koppelen, dan is dat waardevol en voorkom je een waterbedeffect waarin je criminaliteit alleen maar verplaatst.”

“In het verleden draaiden we lange onderzoeken zonder benul te hebben van het effect”

Cockpit

Blom werkt nauw samen met Geertje van Roermund, officier van AP Oost-Nederland. Van Roermund benadrukt het belang van een cultuurverandering naar een informatie- en effectgestuurde manier van optreden. “Niet meer gelijk gaan rennen als je een proces-verbaal van Team Criminele Inlichtingen krijgt. Niet altijd toegeven aan de reflex van: als ik de boef zie, pak ik hem meteen. Kijk eerst eens wie de boeven zijn, en vervolgens achter wie je aangaat en op welke manier.”

De officier van parket Oost-Nederland probeert synthetische drugs vanuit ‘de Cockpit’ aan te pakken. Dat betekent dat ze ‘over de eilandjes en muurtjes heen’ het speelveld goed wil overzien, inclusief de rollen en interventiemogelijkheden van OM en anderen, om vervolgens de beste interventie te kunnen kiezen, zoals interventies die elders al hun waarde hebben bewezen.

Combineer je info, zegt de officier. Dus combineer het syndru- informatiebeeld dat TCI-analisten hebben, met de informatie uit onze onderzoeken, en met de informatie die de politie dagelijks tijdens surveillances ziet. En handel vervolgens effectgestuurd. “Dat kan de ene keer de korte klap tegen een speler met een sleutelrol zijn, en de andere keer een langer onderzoek naar een ‘roverhoofdman’ in zo’n crimineel samenwerkingsverband. En de ene keer een stráfrechtelijk onderzoek, en de andere keer het sluiten van een loods door de gemeente. In het verleden deden politie en OM vaak genoeg een lang strafrechtelijk onderzoek – en tegen de tijd dat we Pietje gepakt hadden, had Klaasje al lang zijn rol overgenomen.”

Doe wat effect heeft, zegt de officier. Zet je in op het strafrecht? Of zet je sensoren in, waarmee je kunt ontdekken waar eventuele labs of drugsafvalstromen zicht bevinden? Dat laatste kun je als OM niet in je eentje.

Zo’n nieuwe aanpak vraagt voor sommigen een cultuurverandering, meent Van Roermund: “Het betekent voor een officier dat hij geen ZZP’er in zijn eigen strafzaak is, maar dat meer mensen betrokken zijn, zoals een gebiedsofficier of een informatieofficier. Met elkaar, andere parketten en ketenpartners bekijk je welke interventies zinvol zijn. Je kijkt dan over je eigen belang heen.”

Tegelijkertijd wil de officier voorkómen dat een te groot afstemmingscircus ontstaat. “Daarom hebben we een vrij ruim mandaat om zelf interventies in de districten weg te zetten en dynamisch te sturen, zonder dat we eerst op allerlei ‘stuurtafels’ plannen moeten indienen.” 

Ketelbouwbranche

Het klinkt Carlos Bertens als muziek in de oren. Ook hij beseft dat syndru van alle kanten moet worden aangepakt. Hij wil opsporen combineren met voorlichting. “We willen niet alleen labs oprollen, maar ook awareness creëren bij burgers en bedrijven. We draaien een project tegen ketelbouwers die zich mengen in de syndru-productie. ‘Klapmomenten’ tegen hen grijpen we aan om andere ketelbouwbedrijven en lasbedrijven te benaderen: ‘Let op jongens, er is een grote uit de markt gehaald, ze gaan op zoek naar een nieuwe. En bedenk goed: je kunt tegen die criminelen maar één keer nee zeggen’.”

En vooral, zegt Bertens, moeten we ‘aan de voorkant’ de chemicaliënstroom een halt toe te roepen. “Zonder chemicaliën geen synthetische drugs. Je kunt ze niet allemaal tegenhouden, er worden er zoveel gebruikt en vele zijn ook vrij gemakkelijk en in de bovenwereld verkrijgbaar. We draaien opsporingsonderzoeken naar facilitators die zich richten op het importeren van chemicaliën voor drugsproductie. Dan is goede wetgeving ook belangrijk.”

Enorm balen

Dat is dus het vraagstuk dat officier Neeltje Keeris aan het begin ‘niet zo sexy, maar wel belangrijk’ noemde. Vooral ook omdat Nederland bij de strijd tegen designer drugs al een tijdje achter de feiten aanloopt.

Tien jaar geleden pakte Nederland designerdrugsproducenten noodgedwongen vaak aan met de Geneesmiddelenwet, omdat gebruik van de Opiumwet – met zijn lijst 1 en 2 van precies omschreven drugs – een groot nadeel kende. Als drugsproducenten bij een verboden drug de samenstelling nét een fractie veranderden, was hun product niet langer illegaal. Dan bleek de Geneesmiddelenwet een goed alternatief. Daarmee konden producenten die geen vergunning hadden voor het maken van pillen die een effect hebben op je lichaam, worden vervolgd en pillen in beslag genomen. Keeris: “In 2014 zette het Europees Hof daar ineens een streep door. Het vond dat de Geneesmiddelenwet niet bedoeld was om drugs mee aan te pakken. Daar baalden wij, en andere landen om ons heen, enorm van.”

Keeris had toen de hoop dat er snel Nederlandse wetgeving zou komen om de designerdrugs toch aan te kunnen pakken, maar die wet is er nog steeds niet. Duitsland en België beschikken sinds 2017, 2018 al wel over een nieuwe wet voor NPS, ‘new psychoactive substances’. Die NPS-wet specificeert niet alle stoffen die in foute pillen zitten, maar stelt ‘families van amfetamineachtigen’ strafbaar. “Dat betekent”, zegt Neeltje Keeris, “dat als de kern van een stof een bepaalde chemische samenstelling heeft, de stof dan strafbaar is. Zo’n wetsvoorstel – waaraan onder meer OM, politie (LFO), NFI, Douane, FIOD en de ministeries van VWS en J&V hebben meegedacht – ligt nu bij de Raad van State. Het is voor deze wet jammer dat het kabinet gevallen is, want de wet zal er best komen, maar het duurt nu langer voordat hij in werking treedt. Er komt trouwens ook veel geld bij kijken, onder meer omdat politie en NFI apparatuur nodig hebben om die verboden stoffen te kunnen detecteren.”

Nederland kan snel handelen

Er is ook nieuwe wetgeving in de maak tegen de chemicaliën waarmee synthetische drugs worden gemaakt. Want dat kan weliswaar met het huidige voorbereidingsartikel 10a van de Opiumwet, maar het lastige is dat je dan ‘dubbele opzet’ moet bewijzen. Bijvoorbeeld dat een loodseigenaar de chemicaliën bezit én weet dat die voor drugsproductie zijn bedoeld.

Makkelijker is de aanpak via de ‘Wet voorkoming misbruik chemicaliën’ (WVMC). Die kent een lijst met chemicaliën als bmk, pmk, apaan, die je alleen met een vergunning mag verhandelen, anders ben je strafbaar. Keeris: “Zo’n vergunning hebben die drugsproducenten natuurlijk nooit, dus als wij bij hen zo’n stof aantreffen kunnen we ingrijpen. En dan zijn het op grond van de WVMC en de ‘Wet op de economische delicten’ toch feiten waarop zes jaar staat en dan hoeven we niet die dubbele opzet te bewijzen. Alleen, zo’n Europees lijstje is beperkt: er komen veel chemicaliën Nederland binnen die er niet op staan, maar waarmee wel designer drugs worden gemaakt. Daarom zijn we weer met alle partijen om tafel gaan zitten. Uiteindelijk besloten we tóch een lijstje te maken met chemicaliën die wij in ieder geval in Nederland veel misbruikt zien worden. Dat is bijzonder, want die Nederlandse wet is gebaseerd op een Europese verordening, en ieder land heeft precies hetzelfde lijstje. Nu gaan we als Nederland een eigen lijstje maken met tientallen extra chemicaliën erop. We kunnen immers niet wachten totdat het uiteindelijk Europees geregeld is.”

“Het mooie van dat lijstje is, dat dat samengesteld is door onder meer NFI, LFO, politie, Douane, FIOD, de ministeries plús de chemicaliënbranche erbij. Het idee is: als er weer een chemicalie opduikt waarvan de branche weet dat die legaal door hun achterban niet wordt gebruikt, dan gaan bellen rinkelen. Dan kunnen wij beslissen of die stof wel of niet op de lijst van verboden chemicaliën komt. Dan kunnen we als Nederland sneller handelen. Die samenwerking met de branche is mooi. Zij onderkennen dat er een probleem is waar zij niets mee te maken willen hebben. Dus denken ze mee over een lijst waarvan bonafide handelaren geen last hebben.”

Keeris is niet naïef. Ook nieuwe wetgeving zal het syndruprobleem niet uitbannen. “Dat is niet het Ei van Columbus, maar we zijn gewoon blij met elk instrument dat we krijgen. En we moeten ook weten welke middelen en interventiemogelijkheden er allemaal zijn. Dus maak ik graag nog even reclame voor het Netwerk Syndru dat we binnen het OM weer hebben opgericht. Daarin komen alle syndru-officieren en andere specialisten van de parketten geregeld bij elkaar om bij te praten. Want het was toch een beetje gek dat we allemaal afzonderlijk labs aan het ontmantelen waren en elkaar niet wisten te vinden. Gelukkig weet ik nu bij wie ik intern moet zijn.”