Tekst Pieter Vermaas
Foto Loes Spruijt-van der Meer

Wieger Veldhuis, Fleur Simonis en Monique Bruins over complotdenkers die de rechtstaat bedreigden

Als parket Den Haag hoort over wonderlijke verdachtmakingen van complotdenkers, ziet het eerst geen rol voor het strafrecht. Dat verandert als politici en OMT-leden worden bedreigd. “Toen ging het echt over de grens.”

Zaaksofficier Wieger Veldhuis: “Op enig moment zette NRC als kop boven een bericht: ‘Justitie vervolgt complotdenkers’. Toen dacht ik: Néé!”

Secretaris Monique Bruins. “Mensen mogen denken wat ze willen. Maar daar vervolgden we ze niet voor.”

Gebiedsofficier Fleur Simonis: “Wij vervolgen mensen die strafbare feiten plegen zoals bedreiging en oproepen tot geweld. En hier waren dat complotdenkers.”

Veldhuis: “Dat complotdenken – ik raad het niemand aan – dat mag natuurlijk gewoon.”

Simonis: “We zijn geen gedáchtenpolitie.”

Het begint in februari 2021 in Bodegraven, een Zuid-Hollands dorp dat zijn bekendheid vooral aan kaas ontleent. Daar trekken mensen, gevoed door geruchten op internet, op naar een begraafplaats, hoort arrondissementsparket Den Haag van de politie. Een deel van hen, zo vertelt secretaris Monique Bruins, gelooft dat op de begraafplaats baby’s liggen begraven die slachtoffer zijn van ritueel seksueel misbruik, gepleegd door een pedosatanisch netwerk dat bloed van kinderen drinkt. Ze leggen bloemen neer bij de graven van de vermeende slachtoffertjes en van ‘getuigen’ die onder vreemde omstandigheden zouden zijn overleden. Een van hen claimt herinneringen te hebben hervonden. Hij stelt destijds ook misbruikt te zijn, op een school in Bodegraven. Als hij wetenschapper Jaap van Dissel op de eerste corona-persconferenties ziet, meent hij de OMT-voorzitter te herkennen. De man-met-de-rodebaard is één van de mannen die hem vroeger misbruikt zou hebben.

De acties trekken lokaal de aandacht. Al snel worden ze een terugkerend thema in de ‘driehoek’ van Bodegraven-Reeuwijk, waar de Bodegravense burgemeester, de politiechef en gebiedsofficier van justitie Fleur Simonis de onrust bespreken.

‘Maar strafréchtelijk,’ vertelt Fleur Simonis de deelnemers in de driehoek dan, ‘kan het OM niet zoveel. Het gaat immers om mensen die bloemen neerleggen en weer weggaan.’ Daarop besluit de driehoek om aan te kijken hoe het verder zal gaan.

Officier Wieger Veldhuis, die in die tijd via zijn reguliere overleggen met de politie ook heeft gehoord over de onrust, heeft dan evenmin het idee dat een grote strafrechtelijke operatie aanstaande is. “Ik weet nog precies wat ik dacht toen twee rechercheurs met dit verhaal aan kwamen zetten: Moet ik dit nou serieus nemen en hier achteraan gaan?”

Coronarellen

De onrust ebt echter niet weg, integendeel. Gevoed door complotideeën van de groep QAnon over een bloeddrinkende elite die met corona-QR-maatregelen het volk van zijn vrijheid zou willen beroven en zelfs start met vaccinaties die tot niets minder dan genocide kunnen leiden, groeit de onrust. Niet dat iedereen die complotten honderd procent omarmt, maar dat de coronarellen, het QAnon-verhaal over misbruik en het afgenomen vertrouwen in de overheid, een onvoorspelbare dynamiek opleveren, wordt steeds duidelijker.

Steeds talrijker klinken op internet de oproepen om de begraafplaats te bezoeken. Oproepen die niet aan dovemansoren blijken gericht. Honderden bossen bloemen stapelen zich op tussen graven. Op grafstenen liggen briefjes met teksten als ‘Stop het pedosatanische netwerk’. De stilte die nabestaanden bij het graf van hun kind zoeken, wordt niet zelden ruw verstoord. Gevolgd door surrealistische confrontaties. ‘Ga eens weg,’ krijgt een vader van een overleden kind letterlijk te horen, ‘want wij demonstreren hier tegen pedoseksueel misbruik’. Waarop die vader verbouwereerd antwoordt: ‘Maar mijn kind is niet misbruikt, en heel ergens anders aan overleden.’

Fleur Simonis: “Op dat moment is voor de burgemeester de maat vol. Dit veroorzaakt zo veel pijn, verdriet en onrust: het moet stoppen.”

Eerst zoekt de driehoek nog naar een middenweg. De briefjes met teksten worden verwijderd, en de bloemen op het parkeerterrein bij de begraafplaats gelegd. Daarmee luwt de onrust niet: veel inwoners van Bodegraven willen de bloemen helemaal weg hebben.

Tegelijkertijd zien OM, gemeente en politie ook de internetjournaals opkomen. Het begint met ‘Wees de weerstand’, later volgt het Red Pill Journal. Maandenlang wordt dat uitgezonden, eerst drie en later vijf keer per week. Op die journaals klinkt steeds het geluid dat een elite de kinderen misbruikt en de coronapandemie aanwendt om burgers te knechten. Politici en wetenschappers moeten het ontgelden en worden verdacht gemaakt en beledigd. Tienduizenden geïnteresseerden volgen die uitzendingen van complotdenkers. Ook de burgemeester, gemeenteambtenaren, rechercheurs, en tal van OM’ers van parket Den Haag kijken dan vaak naar de ‘journaals’, die een spin-off hebben op Telegram, waar het gedachtegoed verder wordt verspreid.

Hoewel het OM naar deze en andere acties van complotdenkers inmiddels onderzoek doet, meent Fleur Simonis in de driehoek nog steeds dat het strafrecht een ongeschikt middel is om snel de onrust rond de begraafplaats weg te nemen. De gebiedsofficier: “We kunnen wel elke keer dat iemand ‘vieze pedo’ zegt, geldboetes gaan uitdelen, maar daarmee zouden we niet echt een groot effect bereiken.”

Wel komen inmiddels zoveel mensen naar de begraafplaats, dat de gemeente een noodverordening in werking stelt: wie niets heeft te zoeken op de begraafplaats, mag er niet meer komen.

En het OM staat pal achter de burgemeester als die een advocaat inschakelt om een kort geding aan te spannen tegen de makers van het Red Pill Journal, om hen te dwingen om te stoppen met het doen van onrechtmatige uitlatingen. Op basis van de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens verstrekt het OM de gemeente informatie uit strafrechtelijk onderzoek ten behoeve van het civiele kort geding.

Met succes, zegt Fleur Simonis. “De civiele rechter oordeelt in het kort geding dat de vrijheid van meningsuiting hier niet zó ver gaat dat je onrechtmatige uitlatingen mag doen.”

Wieger Veldhuis: “De rechter zei daarbij dat er ‘geen begin van onderbouwing’ was voor de verwijten die door de makers van het Red Pill Journal aan de gemeente Bodegraven waren gemaakt.”

Het is een bijzondere uitspraak, weet secretaris Monique Bruins. “Wat in een civiel vonnis bijna nooit gebeurt: aan de betrokkenen is ‘lijfsdwang’ opgelegd. Als ze zich niet houden aan de opgelegde civiele maatregelen, mogen ze aangehouden worden en in hechtenis worden genomen.”

Van links naar rechts: zaaksofficier Wieger Veldhuis, secretaris Monique Bruins en gebiedsofficier Fleur Simonis.

Echt afschuwelijk

Hoewel een enkeling dan al strafrechtelijk is vervolgd om dergelijke uitlatingen, is dat in zekere zin allemaal nog voorspel. Op de achtergrond is het OM vanaf medio maart 2021 dan al een grootschaliger strafrechtelijk onderzoek gestart. Want de toon bij complotdenkers verhardt onmiskenbaar.

Die begon met verwijten, verdachtmakingen, beledigingen. Tegen onder meer premier Rutte, minister De Jonge, OMT-voorzitter Jaap van Dissel, een huisarts in Bodegraven en de burgemeester van de gemeente. Fleur Simonis: “Dan was de burgemeester bij de Kinderboekenweek geweest – en dan plaatste men op social media een oudere foto van hem waarop hij twee kindjes op schoot had: ‘Kijk eens, die vieze pedoburgemeester!’ De burgemeester bleef daar altijd sterk onder en keek naar de belangen van zijn inwoners, maar wat hij en anderen over zich heen hebben gekregen, was echt afschuwelijk.”

Maar nu ontaardt de onrust volgens het OM meer en meer in smaad, laster, bedreiging en opruiing. Daarbij komen uiteindelijk vier personen als hoofdverdachten in beeld. Deze aanjagers, die het Red Pill Journal hostten, menen dat er ‘chaos moet ontstaan’, dat Jaap van Dissel ‘een nekschot moet krijgen’ en dat bewindslieden en mensen van het OMT moeten worden ontvoerd (‘met tie-rips in een kofferbak’) en vermoord.

Zaaksofficier Wieger Veldhuis en secretaris Monique Bruins willen niet over één nacht ijs gaan. Ze laten de recherche alles in kaart brengen wat de verdachten doen. Er wordt geobserveerd. Virtuele agenten leggen contact met de verdachten. Er worden opsporingsmiddelen ingezet om achter de IP-adressen en namen van anonieme internetters te komen. Dat betekent een groot onderzoek waarin enorme hoeveelheden, vaak anoniem geplaatste, data op social media allemaal moeten worden uitgewerkt. “Uiteindelijk wilden we daar een doelmatige vervolging op inrichten, voor een aantal opruiingen, bedreigingen, smaad en laster. Hier pasten geen werkstraffen of een maandje zitten; er moesten serieuze straffen kunnen worden geëist, tussen de een en twee jaar.”

Achter de schermen werkt het onderzoeksteam hard aan het onderzoek. Pas als hun dossier stevig genoeg is, willen Veldhuis en Bruins verdachten gaan aanhouden.

Ondertussen krijgt gebiedsofficier Simonis in de Bodegravense overleggen vragen op zich afgevuurd. “Bij de gemeente zaten ze elke avond dat Red Pill Journal te kijken en bij hen groeide de frustratie. Waarom worden die lui niet aangehouden? Kunnen zij dan álles maar zeggen? Wanneer gaat er eens wat gebeuren? Maar inhoudelijk kon ik niks over het strafrechtelijk onderzoek van Wieger en Monique zeggen. Dus ik zei: ‘Geloof me, er zijn goede mensen mee bezig’. Gelukkig was er een goede basis van vertrouwen.”

‘Bakstenen’ als cadeau

Maar dan wordt alles anders. De alarmbellen gaan op het parket af, als rechercheurs melden dat er rechtstreekse bedreigingen aan – letterlijk – het adres van Jaap van Dissel worden geuit. In aan het Red Pill Journal gelieerde Telegramgroepen worden de foto en het adres van de OMT-voorzitter getoond. Van Dissel, die al doorlopend ervan wordt beschuldigd een kinderverkrachter te zijn, is binnenkort jarig. Dus het is een goed idee hem thuis te ‘feliciteren’ en dan zouden ‘bakstenen’ een passend cadeau zijn.

Monique Bruins: “Op dat moment moesten we actie ondernemen. Meteen. Want dít ging over de grens.”

Fleur Simonis: “In een al onrustige tijd kan dit een enorm ondermijnend effect op het hele democratische bestel hebben. Voelen OMT-leden, bewindslieden zich nog echt vrij om zich uit te spreken? Ze werden al voortdurend zwartgemaakt, en werden nu óók geconfronteerd met mensen die onder meer dreigden hun huis in de fik te steken.”

Wieger Veldhuis: “Dit konden we niet laten gebeuren. Nederland kan het niet gebruiken dat de voorzitter van het OMT zich in zijn eigen huis niet veilig voelt. We zijn gaan aanhouden en hebben ervoor gekozen die verdachten – dat waren niet onze vier hoofdverdachten – voor te geleiden en op snelrecht te plaatsen. Monique heeft in de gronden voor de voorlopige hechtenis omschreven dat het complotdenken bijdraagt aan het recidivegevaar, en dat is eigenlijk ‘staand recht’ geworden. Het heeft allemaal straffen opgeleverd met gevangenisstraffen, voorwaardelijke gevangenisstraffen en gedragsbeïnvloedende maatregelen.”

De eerste twee zittingen zijn tegen twee dames die hadden opgeruid tot geweld tegen Jaap van Dissel. “Verre van doorgewinterde criminelen, maar kwetsbare vrouwen. Volgers die beïnvloed zijn. Terwijl de zittingszaal uitpuilt, wordt buiten gedemonstreerd – en dan stonden er geen vijf mensen, hè.”

Fleur Simonis: “En elke keer zijn er gesprekken met de rechtbank over de beveiliging.”

Veldhuis laat ook een jongeman aanhouden die opriep het Binnenhof met veel geweld te bestormen en aan wapens probeerde te komen om een aanslag te plegen.

Veldhuis: “Onlangs sprak ik hem, op zijn verzoek. Hij had gewoon vragen. Ik kreeg de indruk dat hij nu van zijn ideeën is teruggekomen. Het is een kwetsbare jongeman, die beïnvloed was door die hoofdverdachten. Aan de andere kant bleek uit het onderzoek dat hij aan wapens wilde komen en dat zijn plannen serieus waren. Dat verklaarde hij later zelf ook.”

Simonis: “In zekere zin is het niet geruststellend dat het geen grote boef was die weloverwogen handelde. Het maakt het eigenlijk alleen maar enger, omdat kwetsbare, goedgelovige mensen misschien daders kunnen worden. Dat kun je moeilijk tegenhouden.” 

Babypoppen in de Hofvijver

Eind december 2021 worden poppen in doodskisten bij de Haagse Hofvijver van de kant geduwd. Op die poppen staan hakenkruizen, QR-codes en het getal 666, het getal van de duivel. Naast de poppen liggen injectienaalden en bloed. Met deze actie willen demonstranten aangeven dat de kinderverkrachtende en bloeddrinkende elite schuldig is aan genocide.

Zaaksofficier Wieger Veldhuis was daarvan óók onder de indruk. “Dat mensen tijd en aandacht vinden om die poppen te gaan maken en zelf die doodskisten in elkaar te timmeren, geeft aan hoezeer ze erin geloven.”

Foto: Regio15.nl, Donny Kooistra

Onder de radar

Ook een van de vier hoofdverdachten in het grote onderzoek wordt vervroegd aangehouden, nadat hij de advocaat van de gemeente Bodegraven had bedreigd. Veldhuis: “Deze hoofdcomplotdenker leefde onder de radar, wisselde van auto’s, zette zijn telefoon uit, betaalde alleen in cash, had geen vast adres en ging op een gegeven moment naar Duitsland. Toen we hem aanhielden, wilden we een slag slaan en hebben we voor de vervolging ook geput uit ons al lopende grotere onderzoek, zodat hij een tijd ‘binnen’ zou zitten.”

Binnen anderhalve week staat deze verdachte op zitting. Daar toont hij zich strijdvaardig. Als hij de gevangenis in moet, dan moet dat maar, ‘want er is hier in Nederland een satanische elite die ons wil onderwerpen en ik stel dat aan de kaak’. Hij krijgt negen maanden, waarvan drie voorwaardelijk.

Simonis: “De burgemeester en de advocaat, die zelf ook hun nek hadden uitgestoken, waren daar erg blij mee.” Veldhuis: “Gaandeweg kregen we het gevoel dat we slagen aan het maken waren en successen bereikten bij het indammen van wat deze groep wilde bereiken.”

Fleur Simonis: “En let wel, daarbij gaat het er helemaal niet om of iemand wel of niet een complotdenker is. Het gaat om opruiing en het gevaar dat mensen geweld gaan plegen.”

Maar het Haagse parket wil verder gaan dan alleen het vervolgen van verdachten. Nadat de verdachten die de Telegramkanalen hostten, zijn opgepakt, blijft die internetgroep actief. Zaaksofficier Veldhuis: “Toen hebben we opsporingsmiddelen ingezet om die te blokkeren. Met een van de rechter-commissaris verkregen machtiging hebben we via de telefoon van een verdachte ingelogd op die Telegramgroep en het kanaal stopgezet. Dat heeft ook effect gehad op de verspreiding van opruiende berichten.”

Ja, dat had ook averechts kunnen uitpakken, erkent Fleur Simonis. “Met onze ‘polariserende’ strafrechtelijke acties zouden we de opruiende complotdenkers zo veel aandacht en munitie kunnen verschaffen dat die extra gas gingen geven. Maar dergelijke overwegingen waren inmiddels een gepasseerd station. We hadden niet echt meer een keuze. Dit kon gewoon niet zo doorgaan.”

Wieger Veldhuis draait het zelfs om. “Juist in die maandenlange periode waarin we nog niet verdachten voor de rechter brachten, werden de bedreiging en opruiing erger. Dus ik zou niet durven voorspellen wat er gebeurd was als er niks was gedaan. Dan was het Red Pill Journal nog in de lucht geweest.”

Monique Bruins: “Ik vind dat we voor slachtoffers veel berichtgeving hebben gestopt. Die zijn daarna niet meer elke dag gebrandmerkt als lid van een pedosatanisch netwerk en kunnen vanaf dat moment weer wat meer over straat.”

Opgehitst

Op 16 juni van dit jaar staan eindelijk drie hoofdverdachten uit het langer lopende onderzoek voor de rechter. De vierde verdachte, tegen wie een aanhoudingsbevel is uitgevaardigd, verblijft op dat moment nog in Ierland.

In de rechtszaal staat Wieger Veldhuis op.

Vandaag gaat het om de rechtstaat. En niet om het recht van de sterkste, van de degenen die het hardst roepen, het hardst dreigen. Jaap van Dissel, Mark Rutte, Hugo de Jonge werkten tijdens het hoogtepunt van de coronapandemie de klok rond om de samenleving weer open te krijgen. Dat kon ook van hen verwacht worden. Wat niet van hen verwacht kon worden is dat zij daardoor zelf in hun vrijheid beknot werden en bedreigd werden. Dat er werd opgeroepen hen te vermoorden. En al helemaal niet door verdachten die geweld tegen fundamentele structuren in Nederland gerechtvaardigd vinden. Dat is nooit een legitiem doel. Niet in een democratische rechtstaat. Maar de verdachten vonden van wel. Voor hun missie moest alles wijken.

Een gerespecteerd huisarts in ruste kreeg uit het niets en totaal ongefundeerd de meest ernstige verwijten en verdachtmakingen over zich heen. Niet eenmaal, nee jarenlang en talloze keren. Ook nu nog. En ook straks nog. Want dit houdt waarschijnlijk voorlopig niet meer op. Het leven van deze huisarts en zijn vrouw en ook hun kinderen is ingrijpend geraakt en veranderd.

Bijzonder wrang is dat deze huisarts geen gebruik maakt van zijn spreekrecht en ook niet van zijn recht op schadevergoeding. Dit omdat hij vreest dat dit zal leiden tot nieuwe bedreigingen, en verdachtmakingen richting hem en zijn familie.

Jaap van Dissel heeft wel gebruik gemaakt van zijn spreekrecht. Uit zijn slachtofferverklaring hebben we begrepen hoe zeer dit ook hem zijn familie geraakt heeft. Dat heeft mij ook geraakt. Met name omdat verdachten erop uit waren Van Dissel en ook de huisarts persoonlijk te beschadigen. En daar was het verdachten ook om te doen. Ze wilden de huisarts en Van Dissel in hun huis en haard treffen. En dat is ze gelukt.

Weerzinwekkend vind ik dit. En al helemaal omdat verdachten vonden dat dit gerechtvaardigd was. Want voor hun waarheid, hun kruistocht mocht alles wijken. Zelfs de democratische basiswaarden van onze samenleving.

Want uit die zaken en uit dit dossier blijkt namelijk dat verdachten, door middel van ‘Wees de Weerstand’, het Red Pill Journaal en de Telegramgroepen daadwerkelijk effect hadden in het aanzetten van volgers tot het plegen van strafbare feiten. Met het doel om de openbare orde, de rechtsorde te ondermijnen. Bijna twee jaar lang, dag na dag, werd dit verhaal erin gepompt. Pure volksmennerij.

Dit terwijl de coronapandemie onze samenleving op dat moment op ingrijpende wijze veranderde. Veel mensen voelden zich opgesloten. Wáren dat in zekere zin ook. We ervoeren dat allemaal en wilden ervan af. Het was ook een spannende tijd. Tegenstellingen werden vergroot. Anti-overheidsactivisme nam toe. De rellen in Rotterdam, Den Haag, Amsterdam, eerder al in Den Bosch, na de eerste avondklok. Plunderingen en ernstig geweld tegen de politie. In die sfeer hebben verdachten opgehitst tot geweld tegen de overheid.

De zaaksofficier eist tegen de drie verdachten straf wegens bedreiging, opruiing tot geweld, smaad en laster. De zwaarste strafeis is 24 maanden gevangenisstraf waarvan 12 onvoorwaardelijk.

Twee weken later gaat de rechtbank daar grotendeels in mee. Alleen voor laster veroordeelt de rechtbank niet, omdat daarvoor zeker moet zijn dat verdachten wisten dat het onwaar was wat zij beweerden – en dat kan niet bewezen worden. De rechter veroordeelt tot maximaal 18 maanden gevangenisstraf waarvan 6 voorwaardelijk.

De drie Haagse OM’ers tonen zich tevreden over het vonnis, waartegen de veroordeelden overigens beroep hebben aangetekend.

Fleur Simonis: “Het onderliggende probleem is niet opgelost, maar dat is ook nooit ons doel geweest. Wij kunnen geen maatschappelijk-politieke problemen oplossen die er nu eenmaal zijn. Maar veel uitwassen zijn wel gestopt.”

Monique Bruins: “En aan de slachtoffers, die feitelijk werden uitgeschakeld in hun sociale bestaan, hebben we recht gedaan.”